De kwaliteit van de ‘Ruimte’ in het buitengebied
Op dinsdag 22 maart jl. heeft de gemeenteraad van Ooststellingwerf het Bestemmingsplan Buitengebied vastgesteld. Daarin wordt vastgelegd welke ontwikkelingen waar in het buitengebied mogen plaatsvinden. Een belangrijk document, want het geldt voor tien jaar .
In september 2014 heeft de raad de nota van uitgangspunten vastgesteld. De Partij van de Arbeid heeft toen (net als de rest van de oppositie) tegen de nota van uitgangspunten gestemd. De PvdA (en de oppositie) was van mening dat de natuur tekort werd gedaan en dat de landbouw te veel ruimte kreeg. Zie ook deze link voor het artikel over het PvdA-standpunt met betrekking tot de nota van uitgangspunten.
De gemeente Ooststellingwerf wil graag een aantrekkelijke gemeente zijn: aantrekkelijk voor onze inwoners, voor onze toeristen en voor onze ondernemers. Wat betreft het college komt de landbouw, zoals in het bestemmingsplan buitengebied duidelijk wordt, op de eerste plaats. Die aantrekkelijkheid zit voor een groot deel in ons landschap. De gemeente zet bijvoorbeeld in op het Ecomunitypark en op een biobased economy. Wij denken dat betrokkenen bij het Ecomunitypark en biobased economy een bepaalde visie op het landschap en de natuur hebben. Ook daarom is het belangrijk aandacht te besteden aan de kwaliteit van de Ruimte.
De Partij van de Arbeid is wel blij dat, in tegenstelling tot in de nota van uitgangspunten, het erfinrichtingsplan in bepaalde gevallen verplicht wordt gesteld. Dat wil zeggen dat als een boerderij een groter bouwblok dan 1,5 ha wil hebben, een erfinrichtingsplan dan verplicht is. Jammer genoeg geldt dat dan niet voor bedrijven met een kleiner bouwblok dan 1,5 ha. Ook blij zijn we met het feit dat er voorwaarden worden gesteld aan de kleurstellingen van gebouwen in het buitengebied. Geen witte windveren en witte afrasteringen van paardenbakken meer, maar gedekte kleuren. En ook een onbeperkt aantal schuilstallen in het land is niet toegestaan.
In dit bestemmingsplan buitengebied zijn ook regels opgenomen voor archeologisch onderzoek. Daarover was nog wat onduidelijkheid; de ABO heeft ons dan ook meerdere keren benaderd om deze archeologische bestemmingen van de landbouwgrond te halen. Want als iemand in het buitengebied (niet alleen de agrariërs dus, maar ook andere bedrijven en burgers) diep in de grond wil werken, zal er eerst een (vaak duur) archeologisch onderzoek moeten plaatsvinden. Sommige fracties wilden een fonds oprichten om de onderzoekskosten te betalen. Dat voorstel haalde het niet.
Het college nam wel de door ons samen met OB, GL en CU ingediende motie over om de lijst met natuurbegraafplaatsen en particuliere begraafplaatsen zo compleet mogelijk te maken en aan de raad een concept beleidsplan voor te leggen; een mooie opsteker! Waarom een motie over begraafplaatsen als het over het buitengebied gaat, zult u denken. Het zit zo: in dit bestemmingsplan is één verzoek om een particuliere begraafplaats bestemming gehonoreerd. Maar er zijn meer particuliere begraafplaatsen in onze gemeente en het is ook een feit dat steeds meer mensen kiezen voor een natuurbegraafplaats. Reden om eens goed na te denken over wat wij als gemeente hier mee willen.
De hele procedure om te komen tot dit bestemmingsplan buitengebied heeft lang geduurd, maar het gaat dan ook om een heel belangrijk plan. Er zijn veel inspraakavonden georganiseerd, er zijn veel inspraakreacties en zienswijzen verwerkt en vele, vele persoonlijke gesprekken met betrokkenen gevoerd. De PvdA vindt dat dit allemaal zeer zorgvuldig is verlopen.
De PvdA mist in dit plan nog wel de aandacht voor onze natuur (en het landschap) maar heeft toch ingestemd met dit bestemmingsplan. Waarom, wij hadden immers ook al tegen de nota van uitgangspunten gestemd, waarom dan nu niet? Wij hebben de nota van uitgangspunten als een democratisch gegeven beschouwd en ten opzichte van die nota zijn er verbeteringen (zoals verplichting erfinrichtingsplan, passende kleuren, minder schuilstallen etc.) aangebracht en gezien het hele zorgvuldige proces dat heeft plaatsgevonden en de constructieve houding van de portefeuillehouder tijdens de raadsvergadering (biodiversiteit kunnen we op een andere manier beter regelen, direct de motie overnemen etc.) hebben we toch vóór gestemd. Uiteraard niet zonder een stemverklaring af te leggen.